Bang in het donker

Toen mijn zoon en dochter klein waren, keek ik graag Disney films met ze. Waarschijnlijk genoot ik er zo van, omdat ik die vorm van gezamenlijk huiselijk geluk nooit met mijn ouders had gedeeld. Hun favoriete film was Shrek waarbij Eddy Murphy de ezel vertolkt. Er komt een scene in voor waarbij de ezel zegt: ‘vroeger was ik bang in het donker’ ‘Oh wacht eens even… ik ben nog steeds bang in het donker’ waarna hij gillend wegrent en Shrek verbouwereerd achter laat. Mijn kinderen rolden dan van de bank van het lachen, voor mij het toppunt van gezelligheid.

Toen ik klein was, waren mijn ouders vooral erg druk met zichzelf en leefden in hun eigen belevingswereld. Mijn ouders waren ‘high school sweethearts’ waarbij mijn vader na vier jaar verliefd werd op een ander, mijn moeder in een psychose belandde en gedwongen opgenomen werd. Ondanks haar psychische kwetsbaarheid, voldeed mijn moeder in het geheel niet aan het beeld van een vrouw die regelmatig psychoses en gedwongen opnames onderging. Haar intelligentie was haar stokpaardje en het feit dat ze haar opleiding nooit had voltooid, belemmerde haar niet in het uitspreken van haar afkeer jegens de middelmatigheid van anderen om zich heen.
 

Toen ik vijf jaar was gingen we samen op de fiets naar de bioscoop. Mijn moeder zette mij af bij de bioscoop waar een kinderfilm draaide en fietste vervolgens door naar het filmhuis. Ironisch genoeg werd ik achter gelaten bij de film Bambi, waarbij ik op vijfjarige leeftijd alleen mocht aanschouwen hoe het arme hertje Bambi voorgoed in de steek werd gelaten door de moeder.
In die tijd braken er op de universiteit van Amsterdam studenten opstanden uit. Die onrust gaf mijn moeder zoveel overprikkeling dat ze mij in een psychose midden in de nacht uit bed haalde. Mijn moeder was er van overtuigd dat we op de vlucht moesten vanwege het feit dat ze aan de universiteit van Amsterdam studeerde. Ik was vijf jaar woonde alleen op een bovenwoning met mijn moeder en begreep totaal niet wat er aan de hand was. Als vijf jarige kon ik wel erg goed voelen wat er gebeurde. Mijn lichaam vulde zich met een gevoel van totale paniek en ontreddering die ik niet kon plaatsen.
 

Door de EMDR sessies die ik op latere leeftijd heb gedaan, weet ik nu dat het allemaal goed is afgelopen. Uiteindelijk kon mijn moeder haar psychoses niet meer compenseren met haar verhoogde intelligentie en greep de familie in. Na een opname kwam ze altijd weer thuis alsof er nooit iets gebeurd was. Met mij ging het ogenschijnlijk ook prima, ik ging gewoon naar school, deed braaf mijn huiswerk en speelde bij vriendjes en vriendinnetjes. Vijftig jaar later is mijn man overleden en zijn mijn kinderen uit huis. Ogenschijnlijk is ook dit allemaal goed afgelopen, mijn kinderen zijn volwassen en zelfredzaam, ik doe braaf mijn werk en ga nog steeds graag naar vrienden en vriendinnen.


Soms word ik ‘s nachts wakker in een heel erg stil, donker huis en voel ik mij ineens angstig. Dan denk ik: ‘vroeger was ik bang in het donker, Oh wacht eens even… ik ben nog steeds bang in het donker’. Therapie leerde mij om te gaan met de donkere delen in mijzelf. Ik heb zelf ontdekt dat je pas naar je eigen schaduw kan kijken wanneer je ook de weg naar het licht weer weet te vinden. Als ik met een naar gevoel wakker word, lees ik een stukje in een mooi boek, luister een vrolijk verhaal en knuffel ik met de hond. Wanneer ik mij dan weer ontspannen voel weet ik; mijn gevoel van onveiligheid is aangeleerd en niet aangeboren. Dat is de grootste vorm van geruststelling die ik mijzelf in dit leven kan geven. Ik was een kind van een angstige vrouw en ik ben nu veilig bij mijzelf met de mensen om mij heen.
 

Veel liefs Kind Yuki